Op 28 september heeft de Haagse
rechtbank een voorlopige uitspraak gedaan dat Azzedine C. de definitieve
uitspraak moet afwachten in de gevangenis. Azzedine wordt gezien als de grote
vis in de Jihadzaak. Hij zou mensen aangespoord hebben om te vechten in Syrië.
Het was dan eindelijk zo ver: hoofdverdachte Azzedine C. of beter bekend
als Abou Moussa in jihadistische netwerken, verscheen voor de rechter. De
ondervraging duurde twee weken. Hij wordt beschuldigd van onder meer ronselen,
opruiing, haat zaaien en deelname aan een criminele organisatie met
terroristisch oogmerk. Azzedine is in Marokko geboren in 1983 en kwam op 15 jarige leeftijd
naar Nederland. Hij heeft een sportopleiding gedaan aan het CIOS en is
sportinstructeur van beroep. De laatste jaren heeft hij geleefd van een
uitkering, waar hij niet veel woorden aan kwijt wilde.In de inleiding zei hij dat hij geen salafist maar aanhanger van de
maliki-leer te zijn, één van de vier wetscholen binnen het soennitisch Islam.
In democratie gelooft hij niet maar erkent het wel als rechtsstaat. Van zijn
moeder, die geletterd was, heeft hij veel geleerd over Islam. Voor de rest zegt
de ronselverdachte een posttraumatische stressstoornis te hebben opgelopen in
Marokko waar hij in 2009 langdurig werd ondervraagd door de Marokkaanse
inlichtingendienst.
Azzedine begon vanaf 2012 bekendheid te genieten als ‘woordvoerder’ van
Jihadistische organisaties zoals Behind Bars en Straat Dawa, die beiden inmiddels
zijn opgeheven. De Hagenees zit sinds de zomer van 2014 in hechtenis in de
zwaarbeveiligde terroristenafdeling van de gevangenis in Vught wat hem ‘zwaar
bevalt’.
Wel of geen georganiseerde netwerk?
Het bestaan van georganiseerde netwerken moet worden bewezen door het OM
wil het de verdachten veroordelen voor deelname aan een criminele/terroristische
organisatie. De rechter vroeg naar zijn rol bij de website De Ware Religie (DWR). Abou beperkte zijn rol tot het schrijven van 6 columns[1].. Hoofdredacteur van deze website, inmiddels ook opgeheven, is de tot de Islam bekeerde Rudolph H. (25), tevens één van de verdachte. De rechter heeft in een voorlopige uitspraak op 21 september bepaald dat hij zijn proces in vrijheid mag afwachten. De vraag of meerdere mensen beheerders van deze website waren, werd eerder in de zaak behandeld.Mochten meerdere mensen beheerders zijn, zou het een bewijs kunnen zijn dat er sprake is van een georganiseerde organisatie.
[1]Hier staan de columns van Azzedine C.: https://dewarereligienl.wordpress.com/?s=abou+moussa
Rudolph zei het alleen te doen, aangevuld met een verklaring van zijn vrouw dat hij er ‘dag en nacht’ mee bezig was. Moussa ontkende ook beheerder of op enige wijze zeggenschap over de website te hebben. Maar toen haalde de rechter een afgetapt telefoongesprek met Rudolph H. aan waarin Azzedine ‘op het net gooien die handel’ heeft gezegd betreffende een artikel over Geert Wilders. Uit de afgetapte mails van de NCTV zou tevens blijken dat Azzedine ook de eindredactie doet. Bovendien heeft Rudolph H. eerder verklaard dat Azzedine ook over het wachtwoord van de domeinnaam beschikte.
Het weerwoord van de verdachte over het laatst genoemde was: “Ik ben
a-technisch”. Wat betreft de taps: ‘Ik ben 2,5 jaar afgetapt. Is dit alles wat
het OM heeft?’ Over de website die hij eerder op zijn facebook aanbeval zei
hij: “DWR was een nieuwswebsite, er was slechts éénmaal een feitelijk onjuist
verhaal gepubliceerd. Mijn zusje, die geen hoofddoek draagt, keek ook dagelijks
naar DWR, puur om op de hoogte te zijn van de laatste ontwikkelingen.”
Voor de rest gaf hij toe dat hij één van de redacteuren was van de
‘werkgroep Shaam’, een besloten facebookpagina met IS sympathiserende teksten.
In de zaak kwam ook ter sprake dat politie-infiltrant met de bijnaam Aboe
Noewas eveneens in de werkgroep zat. Noewas was in werkelijkheid een ICT ‘er
voor het OM. Opvallend genoeg zijn zijn berichten niet bewaard gebleven.
Een ander bezigheid van de vriendengroep van Azzedine was project Dawa. Dit
was een project van de Haagse jongeren, Oussama C. was de eindverantwoordelijke,
om jongens van het criminele pad op het rechte pad te zetten door middel van
Islam. Azzedine zegt weinig bij dit project betrokken geweest te zijn behalve
dat hij zijn woning beschikbaar stelde voor vergaderingen van deze groep. Wel
had hij een email verstuurd aan 27 mensen met een uitnodiging voor een
vergadering in zijn woning.
Wel of geen banden met Syrië?
Wat betreft stichting Intisaar aan de Meppelweg geeft Azzedine toe de
eindverantwoordelijke geweest te zijn. Achteraf gezien vond Azzedine dat hij
ook beter de voorzitter had kunnen zijn, dat was Thijs Belmonte, inmiddels een
mujahideen in het Kalifaat, Azzedine was de secretaris.De stichting werd opgezet omdat een groeiend aantal jongeren weg werden
gestuurd uit Moskeeën vanwege hun extremistische ideeën.
De rechter confronteerde hem met de verklaring van Martijn de Koning die
bij zijn getuigenis zei dat er in de stichting geld werd ingezameld voor de
strijd in Syrië. Azzedine ontkende, hij zou mensen wegsturen als zoiets gaande
was. Ook werden veel vragen gesteld over foto’s rondom de groep die meerdere
malen naar de Belgische Ardennen gingen. Veel van de deelnemers zijn later
uitgereisd naar Syrië. “Deze foto’s werden gemaakt tussen 2003 en 2007, dus
ruim voordat mensen naar Syrië gingen uitreizen. Alsof ik vooraf zou weten dat
er in 2011 in Syrië een oorlog zou uitbarsten.” Azzedine ging naar eigen zeggen
naar de Ardennen reizen omdat hij van buitensporten hield. Op de vraag of hij
verbaasd was dat Soufian Z. zich bij de Mujahideen in Syrië heeft aangesloten,
zei hij ‘nee’. Zelf heeft hij nooit overwogen om naar Syrië te gaan, hij heeft
immers een ‘moeder en drie kinderen’. Aan de andere kant kende hij wel ‘75 tot
80 Syriëgangers’. “Ik hoorde links en rechts wel dat ze waren uitgereisd naar
Syrië maar ik heb er niets mee te maken.” Verder ontkende hij telefonisch
contact te hebben met vechtende strijders: “Het OM heeft 5 nummers van mij
achterhaald en met geen één ervan is er gebeld naar Syrië. Het enige contact
ging via Twitter en Facebook”.
Ronselen:
Een ander serieuze aanklacht tegen Azzedine is ronselen waarbij hij mensen
zou hebben aangezet om naar Syrië te vertrekken voor de gewapende strijd.
Het meest serieuze bewijsmateriaal hiervoor zijn de verklaringen van
familieleden van Syriëgangers in de Schilderswijk. De vader van een
Syriëganger, ene Nourdin, kwam verhaal halen bij Abou Moussa in een moskee in
Den Haag. De verdachte ontkende in de rechtszaak zijn zoon te kennen maar
volgens de verbalisant die toen het proces verbaal opstelde kende Azzedine
Nourdin wel degelijk. Ook werd een telefoongesprek opgenomen van een aantal
Marokkaanse moeders die Abou Moussa aanwezen als schuldige voor het vertrek van
hun zonen. Deze gesprekken bevatten overigens geen inhoudelijke informatie in
tegenstelling tot de vader die zelf een onderzoek opzette.
Eveneens werd een citaat van Azzedine aan hem voorgelegd. In een uitzending
op 23 april in Nieuwsuur heeft hij gezegd dat de beste dood de martelaarsdood
is. In de desbetreffende uitzending sprak hij, onherkenbaar in beeld, samen met
zijn vriend Soufian Z. die onlangs is omgekomen in Syrië. Veel van deze
jongeren vroegen advies aan Azzedine welke hij gaf over de reis naar Syrië. De
rechter wilde weten waarom de jongeren naar hem kwamen. “Dat vraag ik me ook
af”. “Kennelijk had u informatie over Syrië, u werd gezien als woordvoerder van
Syriëgangers, mede door u eigen uitspraken in de media.” Op de vraag of hij
contact had met zijn vriend Soufian toen deze in Syrië was, antwoordde de
verdachte negatief. Wel is aangetoond dat hij contacten onderhield over de
documentaire “Oh Oh Aleppo” gemaakt door Soufian Z. en Driss D. nog voordat
deze via DWR op YouTube geplaatst werd.
De rechter stelde hem ook vragen over de uitzending van Nieuwsuur in
augustus 2014 waarin hij IS feliciteerde met het uitroepen van het Kalifaat.
Azzedine had het over geleerden die het ‘juridisch correct’ achtten. De rechter
raakte geïrriteerd:
“Maar u zegt te staan voor bepaalde zaken. U vond het toch zelf correct dat het Kalifaat werd uitgeroepen en daarom feliciteerde u het?” Het antwoord was “Ja”. “Dan zijn we er toch”.
“Maar u zegt te staan voor bepaalde zaken. U vond het toch zelf correct dat het Kalifaat werd uitgeroepen en daarom feliciteerde u het?” Het antwoord was “Ja”. “Dan zijn we er toch”.
Demonstraties
Hij was vaak spreker bij demonstraties van IS-sympathisanten, bijvoorbeeld
bij de Belgische ambassade waar de vrijlating van gevangenen, onder andere
Fouad Belcam, de Belgische leider van Sharia4Belgium en Saddik Sbaa (inmiddels
overleden in Syrië), werd geëist.
Bij een demonstratie voor de Amerikaanse ambassade op het Museumplein in
2012 riep Abou Moussa ‘Obama Obama, we
are all Osama’. Zijn verklaring hiervoor was dat Osama voornamelijk in het
Westen geassocieerd wordt met 11 september. “In het Midden-Oosten associëren ze
hem met de opbouw van Soedan en de overwinning op Sovjet-Unie”. Aan het
realiteitsgehalte hiervan valt zeker wat af te dingen of beter gezegd; het is
minimaal een discussiepunt. Bij een andere demonstratie in Den Haag riep hij ‘Dood aan de Joden’. In de rechtbank
verklaarde hij van deze uitspraak spijt te hebben en benadrukte niets tegen
Joden te hebben. “Mijn ex-schoonouders zijn waarschijnlijk van Joodse afkomst”.
De rol van Azzedine bij demonstraties beperkte zich volgens hem tot het
aanvragen van vergunningen en het maken van afspraken met de politie over
praktische zaken zoals het bedekken van gezichten door demonstranten. Merkwaardig
is dat Azzedine regelmatig met advocaten overlegde over de grenzen van de wet
en welke uitlatingen eventueel strafbaar kon zijn. Hieruit zou de conclusie
getrokken kunnen worden dat de hoofdverdachte berekenend te werk is gegaan.
Voorlopige vrijheid afgewezen
Azzedine beantwoordde alle vragen van de rechtbank zo netjes mogelijk. Voor
het OM betuigde hij minder respect. Maar bij slechts twee gevallen beriep de
verdachte zich op zijn zwijgrecht. Het eerste geval was zijn aanhouding in
Griekenland op verboden militair terrein. De politie trof hem samen met Soufian
Z. aan met €3200 aan contanten, een gps systeem en meerdere mobiele telefoons.
Het ander geval was zijn aanhouding in Zuid-Duitsland. Naar eigen zeggen woonde
hij toen bij zijn broer in Arnhem, na een ruzie zou deze hem vermaand hebben te
vertrekken. Samen met zijn vrouw vertrok hij toen met paar duizenden euro’s aan
contant geld op zak. Ze zijn samen onder andere in Oostenrijk en Kroatië
geweest. De route kon Azzedine zich niet herinneren en verdere vragen vermeed
hij door gebruik te maken van zijn zwijgrecht.
Dit zwijgen was voor de rechter een reden dat Azzedine zijn proces niet in
vrijheid mag afwachten want er is een reëel vluchtgevaar. Voor de uitspraak zei
de hoofdverdachte nog vertrouwen in de rechtszaak te hebben en er overtuigd te
zijn dat dit geen ‘politiek proces’ is. De rechter zei in zijn voorlopige uitspraak ook dat er geen ernstige
bezwaren zijn betreffende het aanklacht ronselen om de verdachte langer
gevangen te houden. Van het ronselen van de hoofdverdachte tegenover 5 van de 6
personen zijn weinig bewijzen. Hiermee kan de voorzichtige conclusie getrokken
worden dat Azzedine voor ronselen, de zwaarste aanklacht, waarschijnlijk vrij
van zal worden gesproken.
De advocaat van Azzedine, Andre Seebregts gaf een scherp betoog waarin hij
een vergelijking trok met de zaak van Tamil Tijgers. Hier had het Hof in Den
Haag bewezen verklaard dat de verdachten aanslagplegers verheerlijkten en het
publiek aanzetten om deel te nemen aan de gewapende strijd in Sri Lanka. Maar
het Hof was van mening dat de verdachten binnen de grenzen van vrijheid van
meningsuiting waren gebleven. Toegevoegd moet worden dat er weinig
jurisprudentie op dit gebied is, en niemand eerder is veroordeeld voor
ronselen.
De advocaat was eveneens van mening dat het vormen van een
terrorististische en/of criminele organisaties ook moeilijk te bewijzen is. Met
slechts twee man, Azzedine en Rudolph H. kan je moeilijk een organisatie
vormen, is de argumentatie. De rechter heeft aangegeven dat dit nog wel een bezwaar is maar de
definitieve uitspraak op 3 december moet uitwijzen of er sprake was van
georganiseerde netwerken.
Wel lijkt het waarschijnlijk dat Azzedine schuldig bevonden zal worden voor
opruiing gezien zijn posts op Facebook en Twitter en uitlatingen in de media.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten